Betty kon wel door de grond zakken. Wezenloos staarde ze voor zich uit toen de agent haar tas onderzocht. "Het spijt me, ze heeft hem niet. Ik denk dat u hem toch ergens verloren bent". Na een verontschuldiging liepen de beide mannen weer verder. Betty keek hen na, bleek en niet begrijpend. 'Kom nu maar,' zei de oude vrouw die alles had meegemaakt, 'een kopje koffie met iets erbij.' Betty ging mee. Zonder protest.

Terwijl ze tegenover elkaar zaten, legde de oude dame opeens de portefeuille op tafel. 'Die heb ik uit jouw tas gehaald toen je struikelde,' zei de vrouw. Betty verstijfde.